De Waterval
      Wie durft te turen over randen 
        In mijn omneveld oogenblik 
        Geen zee kan op haar kusten branden 
        Wilder, verlorener dan ik. 
      Ik teer de tijd uit tot seconden 
        Van éen rechtstandige orkaan, 
        En alles wat ter licht bevonden 
        Zal in míjn zwaarte ondergaan: 
      Een vloedgolf zwaar van duizend golven, 
        Eeuwig hervatte sprong, die door 
        Mijn eigen lichaam wordt bedolven 
        Voor hij in de afgrond gaat te loor 
      Als optelsom van de doodsklokken 
        Die schuimend luiden uit mijn lijf: 
        Geen is zoo van de dood geschrokken 
        Als die het leven overdrijft! 
      Ontbonden, doch in tucht herboren, 
        Meet ik de wereld aan mijn val; 
        De wet wil dat mijn glazen toren 
        Brijzlend vervat wordt in t kristal 
      Der in hun ondergang verpuurden, 
        Die steilstaan in hun machtloosheid 
        En in een band van stroomend vuur de 
        Ontzetting slaan die hen bevrijdt. 
      O blanke kilheid mijner leden, 
        Gerekt op dit Procrustesbed 
        Boven de baaierd daar beneden 
        Waar ik ontgrensd word en ontzet. 
      Zo raas ik tusschen rotsge boorden 
        En ben niet meer waar ik besta 
        En moet steeds weer mijn hart vermoorden 
        En altijd eeuwig zijn daarna. 
      Maar ben ik onder, gluur k naar boven, 
        Kijk naar mijzelf mijn oogen uit: 
        Het is te groot om te gelooven, 
        Zoo hecht mijn lichaam zich daar sluit, 
      Opdat de stroom t voortvluchtge glijden 
        Eénmaal verruil in t nauwste perk 
        Voor deze stilstand van mijn lijden: 
        Dit graf, dit heil, dit beeldhouwwerk. 
       
        Muziekversie 
        van een deel van het gedicht door Anton Greefkes 
       
        Verzamelde gedichten, deel II, pag. 509 - Voor het eerst verschenen in 
        de Schrijversalamank voor het jaar 1954, Amsterdam 1953, p. 67. Hier ontbreken 
        de derde, vierde, vijfde en zesde strofe. Tekst in Verzamelde gedichten 
        volgens een door de dichter aan Martin Hartkamp ter beschikking gesteld 
        typoskript. 
        
       
        naar de index van www.svestdijk.nl 
      Naar index op de gedichten van Simon Vestdijk 
       |