Over fusies en defuseren in uitgeversland


Lang leve de pluriformiteit

 

Het verheugende nieuws dat twaalf schrijvers en hun redactrice hebben besloten het grootkaptiaal te laten voor wat het is, namelijk gebakken lucht, is een juiste klap in het gecorporeerde smoel van het bestuur van PCM, te weten de heren Cees Smaling (ex Siemens), Ben Knapen en Anthony J. Zoomers (ex-Campina, Melkunie en Avebe). Soit, de heren zullen er geen boterham minder om eten maar de boodschap is duidelijk - grootschaligheid is gedoemd te mislukken. De monocultuur die Smaling, Knapen en Zoomers als optimaal vermarktbaar aan ons willen verkopen, is een reus op lemen voeten. Wat bezielt ze? geld?

In ieder geval kiezen de dertien ontfuseerders nu voor het avontuur - het onbekende, en bijkans onberekenbare - hoeveel krantenredacties, boekhandels, vertalers volgen?

En J.M. Meulenhoff? Slechts een merk of toch een traditie die nog voortgezet kan worden door mevrouw Portegies, ook al was zij maar twee dagen in dienst toen de revolutie uitbrak. Professionaliseringsslag, dynamiek, synergie en vermarkting - dat is wartaal van au fond een onbenul - luister er niet naar. Uitgeven, in boeken handelen, schrijven - het is gewoon hard werken, waarbij samenwerking groeit op basis van vertrouwen, niet op kretologie zoals Derk Haank met een quasi geheimzinnigheid te berde bracht dat hij vroeger ook al heel goed wist dat 4 kwartjes in een gulden gaan (intervieuw Mediafacts, zomer 2001).

Discussie over voortgang van het bedrijf moet gevoerd worden door de overgebleven auteurs - net zoals de hoofdredacties van de verschillende PCM kranten nu moeten besluiten of ze het vertrouwen in Smaling, Zoomers en Knapen nog wel hebben.

En PCM? Interne synergie is een leeg begrip. Zoiets kan je nog in een natuurkundig systeem meten - zoveel interne, intrinsieke - synergie of energie, dat is eigenlijk om het even. Mensen laten samenwerken is meer dan een scheikundige of wiskundige formule toepassen. Spijkers' suggestie dat de auteur zelf ook zo diep mogelijk in de markt wil penetreren, is bespottelijk. Misschien Fay Weldon die zich als romanschrijfster laat sponsoren en haar nieuwste boek opent met een flatterende beschrijving van een sponsorend bedrijf. Maar dat is toch niet geloofwaardig. Daar prikt ieder weldenkend mens toch doorheen - zo bouw je geen cultuur op die de moeite van het doorgeven waard is.

"PCM is een olietanker die wat traag van koers verandert", zei Michiel Kramer, PCM-jurist in augustus 2000 na het verlies van de rechtzaak tegen Kranten.com. Kleinschaligheid kan wel een voordeel zijn, je bent wendbaarder, vrijer en verantwoordelijker, als je niet hoeft te luisteren naar gokverslaafde bovenbazen.

Dick Vestdijk - 8 september 2001



Naschrift 26 september '01. In een opinieartikel in de NRC bakt Mai Spijkers zoete broodjes. Hij beschrijft Meulenhoff als onderdeel van een kleurrijke cottage, in het PCM landschap en noemt zichzelf gepokt en gemazelde uitgever. Een uitgever moet winst maken en zal in magere jaren meer overlevingskansen hebben in een concern. Binnenkort hierover ons commentaar.

Naschrift 7 november '01: In een artikel in de NRC van rond 26 oktober 2001 relativeert en herinterpreteert de schrijver Herman Stevens het vertrek van Tilly Hermans 'en haar twaalf apostelen'. Het gaat niet om minder commercie maar meer of anders, omdat Hermans vertrok naar een ander conglomeraat dat ook bij de Citibank zit, volgens Stevens. Of om een generatieconflict. Portegies is begin dertig en Tilly niet meer en de vertrokken auteurs zijn van een generatie 'met oude linkse hypocrisie, cultuurpessimisme en valse romantiek'.
Daarnaast zegt Stevens:
'In de commentaren werd de afsplitsing bij Meulenhoff toegejuicht als het einde van de jaren negentig. Het was afgelopen met de grote conglomeraties. Nu gingen we terug naar kleinschaligheid. Terug naar uitgevers met liefde voor het boek, die hele dagen praten met hun auteurs. Terug naar de tijd van Van Oorschot, die met een koffer vol moeilijke boeken de provincie afreisde. Allemaal voor zijn schrijvers. Dat romantische beeld behoeft één correctie. In de koffer van Van Oorschot zaten alleen maar brave boeken. Tsjechov en Toergenjev. Max Havelaar en de complete Ter Braak. Mooie boeken, maar niet echt gedurfde literatuur.' dixit Stevens

Nu, anno 2001, kunnen we wel zeggen dat Ter Braak en Multatuli brave auteurs zijn, die in de koffer van Geert van Oorschot zaten. Maar dat zijn ze niet altijd geweest. Van Van Oorschot, naast uitgever ook bokser, gaat het verhaal dat hij persoonlijk in het Zuiden des lands op de vuist ging met de lokale pastoor om zijn boeken in de etalage te krijgen. Er was een tijd dat er een muur liep tussen protestants en katholiek Nederland en het is aan de vechtlust van o.a. Van Oorschot te danken dat die werd geslecht, althans niet hoger werd. De correctie die Stevens aan de hele affaire rond Meulenhoff wil aanbrengen is prima als polemiek - wie neemt de handschoen op? - maar het is belangrijk Van Oorschot en zijn koffer met boeken niet puur door de bril van het heden te beoordelen.

DickV

Naschrift oktober 2004

Dezer dagen bereikte ons het treurige bericht dat er weer ontslagen en fusies binnen de PCM-boekenpoot gaan plaatsvinden. Een klasse-uitgeverij als Vassalluci, halverwege jaren negentig nog als veelbelovend onafhankelijke nieuwe uitgeverij gestart, zou moeten verdwijnen - hetgeen een groot misverstand is. Na 3 jaar is te zien dat het initiatief van Tilly Hermans levensvatbaar is, dat fuseren alleen maar goed is voor de grootaandeelhouders en dat de cultuur gebaat is bij vernieuwing van onderop.

DickV